Wie heeft recht op een arbeidsongeschikheidsuitkering?

Niet iedereen heeft recht op een arbeidsongeschiktheidsuitkering, ook wel ziekte-uitkering genoemd. Er zijn bepaalde voorwaarden waar u aan moet voldoen om in aanmerking te komen.

Het is allereerst van cruciaal belang dat u daadwerkelijk ziek bent. Als u niet arbeidsongeschikt bent, komt u niet in aanmerking voor een arbeidsongeschiktheidsuitkering.

U moet uw arbeidsongeschiktheid kunnen aantonen met behulp van een medisch getuigschrift, dat u ook aan uw ziekenfonds moet kunnen voorleggen. Uw arbeidsongeschiktheid wordt alleen erkend door het ziekenfonds als u aan de volgende voorwaarden voldoet:

• U heeft alle werkzaamheden gestopt vanwege gezondheidsredenen.
• U bent meer dan 66 procent ongeschikt om het laatst uitgeoefende beroep of alle beroepen die u heeft uitgeoefend of kunt uitoefenen met uw opleiding opnieuw uit te oefenen.
• Daarnaast moet u in de afgelopen 12 maanden voor het begin van uw arbeidsongeschiktheid ten minste:
• 180 dagen als voltijdse werknemer hebben gewerkt;
• 800 uren als deeltijdse werknemer hebben gewerkt.

(Niet-gewerkte dagen zoals vakantiedagen of wettelijke feestdagen worden meegeteld als gewerkte dagen.)

Voor zelfstandigen, personen met geboorteverlof en personen met moederschapsrust geldt de bovengenoemde termijn van 12 maanden niet, maar slechts een termijn van 6 maanden.

Er geldt geen minimumtermijn voor schoolverlaters die voor het eerst aan de slag gaan.

Als u niet aan bovengenoemde voorwaarden voldoet, maar wel arbeidsongeschikt wordt verklaard, kunt u contact opnemen met uw ziekenfonds. Deze dienst zal uw situatie beoordelen.

Het is ook belangrijk op te merken dat u uw socialezekerheidsbijdragen correct moet betalen om in aanmerking te komen voor een arbeidsongeschiktheidsuitkering.